Oliebol

Winkelcentrum Molenwijk in Amsterdam-Noord. Vier mannen in overalls staan voor de oliebollenkraam. Een van de mannen veegt z’n mond af met een servet, een ander slaat poedersuiker van z’n kraag. De derde man bestelt nog wat en de vierde staart knikkend voor zich uit.

‘Tjaja,’ zegt man nummer één.

‘Jahah,’ repliceert de tweede man terwijl hij het servet in een vuilnisbak gooit.

De eerste man vervolgt: ‘En dan is hij er nog goed van teruggekomen hè. Ik ken genoeg gasten die zich na zoiets nie meer kenne opladen. Die zijn dan kapot.’

‘Neehee,’ bevestigt de tweede man dat hij ook dat soort gasten kent.

‘Maar goed, wat moet je dan,’ vraagt man nummer één aan niemand in het bijzonder.

Man nummer drie krijgt een nieuwe oliebol en zet zijn tanden erin. Poedersuiker dwarrelt als sneeuw naar de stoep. De vrouw van de kraam kijkt ingenomen naar de man die haar oliebol eet en daar zichtbaar van geniet. Hij doet bij een volgende hap zelfs even zijn ogen dicht. Ik weet niet of hij ‘Hmmm’ doet, maar het zou niet misstaan.

De eerste man slaat het tafereel gade en besluit ook nog een oliebol te bestellen. Hij doet het op een manier die suggereert dat hij hiermee terugkomt op zijn eerdere besluit dat het wel genoeg was zo, na de vorige oliebol. Maar ja, het is koud, bijna altijd donker en de feestdagen staan voor de deur. Dus wat moet je dan? Zeker als je maat pal voor je neus zijn neus nog eens in de gefrituurde deegwaar steekt.

‘Ik weet niet wat jullie doen, maar ik neem er nog een,’ zegt hij resoluut. Niemand reageert.

‘Tom? Henk? Willen jullie er nog een?’ vraagt hij man nummer twee en vier in een poging zijn gewetensnood te verzachten.

Man nummer twee zegt: ‘Nee Bert, geniet lekker,’ alsof hij de interne strijd van zijn maat/collega aanvoelt. Man nummer vier, die met zijn blik nu een jong stel volgt dat de shoarmatent tegenover de kraam inloopt, schudt alleen met zijn hoofd.

‘Doe mij nog een oliebol,’ zegt man nummer één alsof hij er nu zelf ook vrede mee heeft. Man nummer vier schudt nog steeds met zijn hoofd, blik op de shoarmatent gericht.

Net als man nummer één een hap uit zijn vergoelijkte oliebol wil nemen, spreekt man nummer vier, voor het eerst.

‘Want het ken zomaar over zijn.’

Man nummer één wacht met de hap. Man nummer drie stopt met het afkloppen van het poedersuiker van zijn kraag.

‘Dat hebben we gisteren in Rotterdam gezien,’ vervolgt hij.

Alle mannen knikken en kijken even voor zich uit, alvorens man nummer één een grote hap van de oliebol neemt. Het is zijn oliebol, de laatste. Van vandaag dan.

Auteur: RdR

Remco de Ridder (Den Haag, 1983) is een Nederlandse freelance journalist, copywriter, podcastmaker en schrijver. De Ridder studeerde Film Studies aan de Universiteit van Amsterdam en screenwriting aan de New York Film Academy. De Ridder werkt sindsdien als freelance copywriter en journalist. Hij schreef een aantal opiniestukken over de ramp met MH17, die werden gepubliceerd in de Volkskrant en Het Parool. In die kranten schrijft hij regelmatig ook over andere onderwerpen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.