Er is geen artiest over wie meer geschreven is dan Bob Dylan. Ook als ik lieg, is het nog steeds heel veel. Ongeveer net zoveel als over The Beatles, denk ik. Maar dat is niet echt ‘een artiest’, meer ‘een band’, dus nogmaals, en dit keer met volle overtuiging: BOB DYLAN IS DE MEEST BESCHREVEN ARTIEST ALLER TIJDEN. Hoe dan ook heeft het dus weinig zin om hier op de proppen te komen met ‘wist-je-dat’-jes over een man van wie ik eigenlijk maar weinig weet, zeker als je die kennis vergelijkt met die van al die andere mensen die zoveel meer over hem weten en hebben geschreven.
Dus kijk ik. Wat ik zie is een jonge, zelfverzekerde man die het één en ander overpeinst, de om hem heen veranderende realiteit overweegt en op zich in laat werken. De opgetrokken wenkbrauw doet vermoeden dat dit proces enig wantrouwen bij hem opwekt.
De foto diende als cover van Dylans derde studioalbum ‘The Times They Are a-Changin’’ en werd gemaakt in een periode die vervat werd in diezelfde titel (oké, toch wat feitjes). 1963 was het jaar dat John F. Kennedy vermoord werd en Martin Luther King zijn ‘I have a dream’-speech gaf. Het was het jaar dat een levensverzekeringsmaatschappij de smiley uitvond en The Beatles hun eerste album uitbrachten. Het was ook het jaar dat Dylan van de set van The Ed Sullivan Show wegliep omdat de producers hem verboden een politiek-satirisch nummer te spelen. Genoeg om over na te denken dus.
Dylan, een voornaam exponent van de popcultuur van de jaren ‘60, werd in een New Yorks penthouse door zijn vriend Barry Feinstein op intieme wijze gepotretteerd. In het overzichtswerk ‘Real Moments’ zegt de fotograaf in één van zijn spaarzame commentaren dat hij tijdens hun fotosessies wist dat hij ‘in the presence of genius’ was. Ergens anders claimt hij op titelverklarende wijze slechts geïnteresseerd te zijn in ‘capturing the real moments’.
Twee jaar na The Times They Are a-Changin’ deed Dylan zijn eerste ‘elektrische’ tour. Het leverde hem veel onbegrip en hoon op. Zo is in Martin Scorsese’s biografie ‘No Direction Home’ te horen hoe iemand tijdens een concert in Manchester hem voor ‘Judas’ uitmaakt. Dankzij wederzijds respect en vertrouwen was Feinstein in staat de mens achter Dylans protestzingende persona bloot te leggen. Dit vertrouwen werd door Columbia Records op een zeldzame manier beloond: Dylan mocht de foto zelf uitkiezen.
Hier zien we de ‘real’ Bob Dylan, een ingetogen filosoof die contrasteert met de opstandeling op het podium. Een jonge artiest die op een emotioneel beladen kruispunt in zijn carrière staat. Nog onbelast met, maar al peinzend over de ervaringen van de toekomst.
The line it is drawn
The curse it is cast
The slow one now
Will later be fast
As the present now
Will later be past
The order is
Rapidly fadin’
And the first one now
Will later be last
For the times they are a-changin’